welzijn & zorg

Heerlijk helder, ook in de zorg

Hoofdredacteur Liesbeth Van Braeckel over heldere communicatie
21.03.2016
Foto's
Stephan Vanfleteren

Een paar maanden geleden zat ik bij de huisdokter omdat ik een zeurende pijn in mijn rechterheup had. “Mogelijk een scheur in het labrum”, stelde de dokter als diagnose. Het labrum? Nooit van gehoord.

De dokter legde uit dat het labrum een ring van kraakbeen in de heup is. Daar kan ik me wel iets bij voorstellen. “Je maakt best een afspraak bij een orthopedist”, zei ze. Zo gezegd, zo gedaan. Maar toch googelde ik nog even wat een orthopedist nu weer exact doet. “Behandelt afwijkingen van het steun- en bewegingsapparaat”, zo leerde ik. Het is wat vreemd om mijn benen en hun gewrichten een apparaat te noemen, maar ik begreep het tenminste. Een paar weken later hoor ik van de orthopedist dat ik aangeboren heupdysplasie heb.

Pardon?

Op de röntgenfoto toonde de arts me dat mijn heupgewricht blijkbaar onvoldoende ontwikkeld is om beide delen van het gewricht goed in elkaar te laten passen. Voor een meer gedetailleerde diagnose schreef hij me een NMR-scan voor. Pas de volgende dag besefte ik tijdens een gesprek met een collega dat een NMR-scan hetzelfde is als een MRI-scan. Je bent nooit te oud om te leren.

Jargon en tijdsdruk maken het voor artsen en patiënten niet altijd makkelijk om elkaar goed te begrijpen. Af en toe moet ik een dokter vragen om de uitleg nog eens te herhalen in andere woorden, omdat ik niet zeker ben of ik het wel juist begrepen heb. Nochtans is Nederlands mijn moedertaal en ben ik niet laaggeletterd. 15% van de Vlamingen is dat wel. 40% heeft zelfs onvoldoende gezondheidsvaardigheden. Ze kunnen wel lezen en schrijven, maar vormen toch een risicogroep in een context waar moeilijkere taal gebruikt wordt. En wie zijn arts niet goed begrijpt, zal minder trouw zijn therapie volgen en vaker onterecht gebruikmaken van medische diensten.

“Helder communiceren zorgt voor een efficiëntere en dus goedkopere gezondheidszorg.”

De Thomas More Hogeschool stelde daarom een toolkit van zeven boekjes samen, vol tips voor zorgverleners om helder te communiceren, ook met wie laaggeletterd of anderstalig is. Een kalme indruk geven. Het gesprek ondersteunen met beelden. Jargon vervangen door eenvoudige taal en de patiënt aan het einde van een consultatie vragen om het gesprek nog eens samen te vatten. Een zorgverlener die dat allemaal doet, maakt wederzijds begrip mogelijk.

Kind en Gezin ontwikkelde samen met UGent een multimodale app om te communiceren met anderstalige ouders. Verpleegkundigen laten de ouders met de hulp van de app hun verhaal vertellen aan de hand van beelden. Indien nodig kunnen ze een woordenboek oproepen of een webcamtolk bij het gesprek betrekken. Medewerkers van Kind en Gezin zeggen dat ze op die manier veel makkelijker tot een echte dialoog komen met anderstalige cliënten. Een toegankelijke gezondheidszorg staat ingeschreven in het federale regeerakkoord. Ook de Vlaamse overheid gaf al een eerste impuls om van inclusief communiceren een kwaliteitsindicator te maken. Helder communiceren is niet alleen in het voordeel van de patiënt. Het zorgt ook voor een betere klik tussen zorgverlener en patiënt én voor een efficiëntere en dus goedkopere gezondheidszorg. En dat komt ons allemaal ten goede.

Liesbeth Van Braeckel, Hoofdredacteur Weliswaar