kinderen & jongeren

Als grootouders pleegouders worden

Agnes en Noël zorgen voor hun kleinzonen Miro* en Yente
2.12.2020
Foto's
Nelle Devisscher

Het zijn de noten van de accordeon die me begeleiden op de juiste weg naar binnen bij Agnes en Noël. Er werd me verteld dat deze grootouders die vroeger een voedingswinkel uitbaatten, nu instaan voor de pleegzorg van hun kleinzonen Miro* (15 jaar) en Yente (18 jaar). (Nelle Devisscher schreef dit artikel voor het magazine Kleurrijk van Pleegzorg Vlaanderen). 

Agnes vertelt me honderduit dat ze samen accordeon studeert met Miro, de jongste van de twee, maar dat hij veel getalenteerder is dan zijzelf. Zoals de meeste jongens van zijn leeftijd, gaat hij helaas alleen verder met zijn muziekopleiding “omdat het moet”. Toch is Agnes apetrots, “want uiteindelijk leren ze zo toch dat je in het leven inspanningen moet leveren om ergens te komen, dat talent alleen niet voldoende is.” Ook Yente was trouwens een getalenteerde muzikant, maar hij is inmiddels gestopt met zijn fluitistenopleiding. “Je kunt ze ook maar zolang voor iets motiveren”, zegt Agnes terwijl ze haar schouders ophaalt. Maar haar gezicht verraadt dat ze het heel jammer vindt. Muziek is duidelijk een verbindend element in het gezin, want ook tijdens ons gesprek blijft de klassieke muziek op de achtergrond op een aangename manier aanwezig.

Gas terugnemen

Miro en Yente zijn de kinderen van de oudste van de drie zonen van Agnes en Noël. Toen de relatie met de mama van de jongens spaak liep, is zij verdwenen en hebben ze haar nooit meer teruggehoord. Hun papa kwam toen samen met de jongens van anderhalf en vier jaar terug bij zijn ouders inwonen en dat leek aanvankelijk maar voor even. Maar “even” was een slecht gedefinieerd tijdsbegrip. De zoon van Agnes en Noël was na zijn scheiding emotioneel helemaal uit evenwicht en had tijd nodig om opnieuw vaste grond onder zijn voeten te krijgen. Agnes is ervan overtuigd dat haar zoon wel de wil had om voor zijn kinderen te zorgen maar het echt niet kon. “Een onvermogen”, noemt zij het. “Je zou het kunnen vergelijken met een beperking”, vertelt ze ook vaak aan de jongens. Er speelden toen te veel factoren die buiten hem lagen om de zorg te kunnen opnemen.

“Die jaren waren niet zo eenvoudig”, vertelt Agnes. “We zijn altijd erg geëngageerd geweest in het verenigingsleven en in culturele initiatieven. Ik ben ook woordkunstenaar en geef optredens. Op dat moment moest ik noodgedwongen een aantal engagementen stopzetten. Ik besefte dat als ik de kinderen structuur wou geven, ik daarvoor wat gas moest terugnemen, al was dat helemaal niet hoe ik het mij had voorgesteld toen de laatste van mijn eigen kinderen uit huis was gegaan. Ik had me altijd met hart en ziel voor de opvoeding van mijn kinderen ingezet, maar opvoeden had voor mij eigenlijk wel een eindpunt bereikt, dacht ik. We hadden toen echt niet voorzien dat Miro en Yente nog zo lang bij ons zouden blijven.”

Thuis bij oma en opa

Toen Miro en Yentes papa een nieuwe vrouw ontmoette, groeide de hoop wel dat ze terug samen een gezin zouden vormen. Zij had ook een zoon die qua leeftijd tussen Miro en Yente in viel, dus wie weet kon dat wel goedkomen. De jongens waren inmiddels 11 en 8 jaar. Toch stonden Agnes en Noël erop dat er een soort overgangsfase zou zijn. Ze wilden niet dat de kinderen halfweg het schooljaar naar een andere school zouden moeten en spraken af dat de kinderen doorheen de week bij oma en opa bleven en in de weekends naar hun papa en zijn nieuwe vriendin gingen. Het verschil in opvoedingsstijl was groot. De gehoopte klik met de nieuwe schoondochter bleef uit en de jongens leverden een inwendige strijd met hun loyaliteitsgevoelens. Ze woonden inmiddels zo lang bij oma en opa dat ze dat echt als hun thuis beschouwden. Tegelijk wilden ze graag bij hun papa zijn, maar ze voelden dat er ruis zat op de verstandhouding tussen hun grootouders en de nieuwe vrouw van hun vader.

Toch koos Yente er op zijn dertiende voor om voltijds bij zijn papa te gaan wonen. Miro bleef bij zijn grootouders. Miro had echt nood aan de strakkere structuur die Agnes en Noël hem boden, terwijl Yente impulsiever van aard is. Voor Yente volgden enkele schoolwissels, voetbal werd voor koersen met de fiets geruild en weer terug, hij haalde best wel wat kattenkwaad uit op school. Het samenwonen bij papa en stiefmama eindigde helaas abrupt met een grote ruzie. Een dikke twee jaar na zijn vertrek, stond Yente weer op de stoep bij oma en opa.

Puberjaren

Intussen was Yente een flinke puber geworden. Op kousenvoeten kwam hij vragen of hij terug bij Noël en Agnes kon komen wonen, maar hij voegde er met veel realiteitszin meteen aan toe dat hij het wel zou begrijpen als de zorg voor twee jongens op hun leeftijd te veel zou zijn. Desnoods zou hij wel in een voorziening gaan wonen. “Op zo’n moment neemt je hart het helemaal over van je verstand”, zegt Agnes. “Ik was nochtans op van de emotionele jaren die we achter de rug hadden en stond aan de vooravond van mijn pensioen. Ik was namelijk naast het werk in de winkel ook al die jaren halftijds blijven koken in het Oranjehuis. Ik wist dus maar al te goed dat kinderen het in een voorziening met minder moeten stellen dan kinderen die in een gezin kunnen wonen. Ik had een sabbatjaar gepland, maar daar is uiteraard niets van gekomen”, glimlacht Agnes.

Het eerste jaar na Yentes terugkeer was best heftig. Miro is een erg ingetogen jongen, maar Yente kon toen fel uit de hoek komen. “Een echte puber hé. We moesten hem eigenlijk opnieuw leren kennen.” Agnes is toen eigenlijk een tijdje over haar grenzen gegaan. Maandenlang was ze hees, zonder dat er een medische indicatie was. “Geen pretje voor een woordkunstenaar”, lacht ze nu.

“Gelukkig konden we toen alles wat rationaliseren en zijn de zaken wat genormaliseerd. Er was ook de steun van onze pleegzorgbegeleider. Andries is echt een goeie bemiddelaar. Als buitenstaander kan hij goed praten met de jongens en hij heeft ook een heel belangrijke rol gespeeld in de herstelgesprekken met onze zoon. Die lopen nu een tijdje, maar het proces loopt wat vertraging op door corona. We zijn wel blij dat dit zo loopt. Het voelt een beetje alsof ik mijn verloren zoon terug heb”, bloost Agnes. Andries is op dat moment een neutrale persoon die zowel de noden van de kinderen als die van de ouders en de pleegzorgers ziet en behartigt. Het was aanvankelijk nochtans niet gemakkelijk om toegang te krijgen. Want eerst wou onze zoon niets weten van de gesprekken over pleegzorg met het CLB.

Onze pleegzorgbegeleider kan heel goed praten met de jongens en hij speelde ook een belangrijke rol in de herstelgesprekken met onze zoon.”

Een hoopvolle toekomst

“We hebben wel geluk, want het zijn het echt goeie jongens”, straalt Agnes. “Ze zijn verantwoordelijk en beleefd. Ze kunnen meepraten met de volwassenen. Overal waar we met ze komen worden ze bestoeft en geprezen. Zowel door onze vrienden als door hun sportcoaches en klastitularissen. Bij de eindevaluatie van Yentes studies zei zijn leraar dat hij één van die leerlingen is waarvan het jammer is ze te zien vertrekken: een voorbeeld in de klas die de groepsspirit helpt aanwakkeren. Ze hebben een beperkte, hechte vriendenkring, maar liefjes komen hier nog niet over de vloer”, gniffelt Agnes. “Maar daar zitten we eerlijk waar ook niet echt op te wachten.”

Voor Agnes en Noël hoeft het niet te ingewikkeld meer te worden. Miro lijkt een iets minder heftige puber dan Yente te worden. Al zorgt zijn gevoeligheid dat therapeutische ondersteuning ook welkom was in de zoektocht naar zichzelf en de verwerking van wat hij als kind heeft meegemaakt. Een kind stelt zich sowieso de vraag, wat maakt dat een ouder hem de moeite niet waard vindt als je mama je gewoon verlaat en je papa daar geen oplossing voor heeft. Gelukkig is Miro erg ontvankelijk voor die hulpvorm en helpen die gesprekken hem weer stevig in het zadel te zitten.

Agnes en Noël kijken hoopvol naar de toekomst. Ze hopen nog even pleeggezin voor hun twee oudste kleinkinderen te kunnen blijven en niet voortijdig ‘opvoedmoe’ te worden. Zodat de jongens nog de tijd krijgen hun rijbewijs te behalen en een goede job te vinden. Ook daar is de pleegzorgbegeleider een goede ondersteuner. Hij helpt de jongens toekomstgericht te denken en een zelfstandig leven uit te bouwen. Tegelijk is het iemand die de zaken eens met een ander licht beschijnt en iemand die naar hun bezorgdheden luistert.

Intussen hebben Agnes en Noël ook nog drie extra kleinkinderen. Het fijne is dat we daar echt oma en opa kunnen zijn. Tot voor corona nam Agnes wekelijks de trein naar Tubeke op woensdag om met de drie kleintjes (ze zijn 5, 7 en 9 jaar) te gaan spelen en samen taartjes en koekjes te bakken. Dan helpt ze ook daar nog wat in het huishouden en maakt ze alvast een verse maaltijd voor de volgende dag. Ook daar blijft ze een zorgende figuur. Het zit haar duidelijk in het bloed.

Fiere grootouders, fiere pleegkinderen

Het koppel blikt alles bij mekaar ook positief terug. Ze zijn trots op de jongens die Miro en Yente geworden zijn. Flinke jongens die niet te materieel zijn ingesteld, die appreciatie tonen voor de zorg die ze van hun grootouders krijgen en die verantwoordelijk in het leven staan. Trots dat ze veerkrachtig zijn en beseffen dat een moeilijke start niet noodzakelijk een hypotheek op de rest van je leven legt en dat je met hard werken, kansen kan afdwingen in het leven. “Hun muziekopleiding is daar een voorbeeld van”, knipoogt Agnes.

Je krijgt er veel voor terug als je ziet wat de jongens hebben bereikt.

Ze zijn ook trots op de weg die ze zijn gegaan. Het was niet gemakkelijk en zeker niet hun eerste keuze. “Ik zou pas echt wakker liggen als ik geen pak op de situatie zou hebben, als ik niet zou weten waar ze uithangen en met wie ze omgaan en wat ze allemaal uithalen. Stel je bijvoorbeeld voor dat ze in een voorziening waren gaan wonen. Nu hebben we mee richting aan hun jeugd kunnen geven en hebben we zicht op waar ze staan in het leven. Pleegzorg voor onze kleinkinderen was niet hoe we het ons hadden voorgesteld. We krijgen er veel appreciatie voor uit onze omgeving, maar dat is zeker niet waar je het voor doet. Je krijgt er wel zo veel voor terug als je ziet wat de jongens hebben bereikt. Dat is waarvoor ik het doe en het opnieuw zou doen. En dat is ook waarom ik aan elke grootouder die ervoor staat, zou zeggen: Doe het!” 

*Miro is minderjarig dus werd zijn naam om privacyredenen aangepast.

(Artikel geschreven door Nelle Devisscher voor magazine Kleurrijk van Pleegzorg Vlaanderen: )