ouderen

Mantelzorg verdient een duwtje

De waarde van mantelzorgers voor thuiswonende ouderen
14.12.2016

Mantelzorgers voor thuiswonende ouderen zijn een onmisbaar onderdeel van de zorg in ons land geworden. Uit een studie van de Université catholique de Louvain (UCL) in opdracht van de Koning Boudewijnstichting blijkt dat de gemiddelde economische waarde van mantelzorg schommelt tussen 267 euro per maand en 1.194 euro per maand.

Onderzoekers van de UCL bekeken de situatie van 5.201 kwetsbare oudere 65-plussers en hun mantelzorgers. Ze gebruikten gegevens van het RIZIV en andere databanken in het kader van Protocol 3, dat zorgvernieuwingsprojecten voor kwetsbare ouderen financiert. De kwantitatieve gegevens werden aangevuld met diepte-interviews met mantelzorgers die hun situatie en visie illustreren.

Wie is de mantelzorger?

Er zijn meer niet-inwonende dan inwonende mantelzorgers. 6 op de 10 woont niet bij de zorgbehoevende in, 4 op de 10 doet dat wel. Inwonende mantelzorgers zijn vooral partners (73%) en kinderen (23%). Niet-inwonende mantelzorgers zijn dan weer vooral de kinderen (78% ), in 22% gaat het om andere familieleden, vrienden of buren.

Mantelzorgers van ouderen zijn gemiddeld 4,2 uur per dag met zorg bezig

Mantelzorgers zijn gemiddeld 4,2 uur per dag bezig met zorg. Drie op vier mantelzorgers doet een beroep op bijkomende gezins- of poetshulp. Eén op vijf laat maaltijden aan huis komen voor de kwetsbare oudere. Bij niet-inwonende mantelzorgers liggen deze percentages hoger.

Hoe lager het inkomen, hoe minder er een beroep wordt gedaan op formele hulp. In de 25% armste gemeenten doet slechts 51% van de ouderen met fysieke zorgbehoeften zonder inwonende mantelzorger beroep op verpleegkundige zorg. In de 25% rijkste gemeenten wordt dat 62%. Bij inwonende mantelzorgers is de kloof tussen de twee types gemeenten nog groter.

De druk op niet-inwonende mantelzorgers is zeer groot. 60% is actief op de arbeidsmarkt. Slechts 8% gaat minder werken in functie van de zorg. 28% blijkt bovendien zorg te geven aan meerdere personen. Maar ook de druk op de 70-plussers is groot. Zij vormen iets meer dan de helft van alle mantelzorgers. Zij lopen het risico op gezondheidsproblemen en isolement.

Opvallend is dat 15% van de personen met een ernstige beperking helemaal geen verpleeg- noch gezinshulp krijgt en dat de mantelzorger er dus alleen voor staat. Op zogenaamde respijtzorg, bijvoorbeeld dagcentra of tijdelijk verblijf in een woonzorgcentrum, wordt een zeer beperkt beroep gedaan: tussen 2% en 6% van de niet-inwonende mantelzorgers en tussen 4% en 14% bij inwonende mantelzorgers.

De economische waarde van mantelzorgers

De onderzoekers berekenden de gemiddelde maandelijkse economische waarde van mantelzorgers voor logistieke ondersteuning en voor hulp bij taken als aankleden, wassen en eten. Deze waarde wordt verkregen als de tijd van de mantelzorger wordt omgezet in betaalde tijd van de professionals. De waarde varieert van 267 euro per maand voor een inwonende mantelzorger die iemand met een lichte beperking bijstaat, tot 1.194 euro voor een niet-inwonende mantelzorger die een persoon met cognitieve beperkingen helpt.

Mantelzorgers spelen een belangrijke rol in het leven van de zorgbehoevende en in onze gezondheidszorg. De hulp van een inwonende mantelzorger leidt tot een betere valpreventie, voldoende voeding en een tijdige medische interventie bij problemen. Zeker bij mensen die niet meer zo goed zijn in Activiteiten Dagelijks Leven (ADL) zoals aankleden, eten, naar het toilet gaan en in Instrumentele Activiteiten Dagelijks Leven (IADL), zoals boodschappen doen, koken, poetsen, afwassen of vervoer. De aanwezigheid van een inwonende mantelzorger die ADL-hulp biedt, vermindert de duur van een hospitalisatie van gemiddeld 15 naar gemiddeld 5 dagen.

Er blijft volgens de Koning Boudewijnstichting nood aan ondersteuning van de mantelzorgers door professionelen van de thuiszorg. Die laatsten moeten ook meer een signaalfunctie opnemen. Tot slot moet het tijdskrediet voor zorg het voorwerp worden van een breed maatschappelijk debat en verder onderzocht worden.

Aanbevelingen uit het onderzoek:

  • Mantelzorgers kunnen hun rol enkel ten volle spelen als de overheid hun specifieke noden erkent en de samenwerking met professionals in de zorg stimuleert.

  • Een regelmatige opvolging van de evolutie van een zorgsituatie is nodig. Wat begint als een eerder lichte zorgsituatie kan evolueren naar een complexe en/of zware situatie.

  • Huisartsen kunnen hierbij een belangrijke rol spelen bij het initiëren van thuiszorg.

  • Mantelzorgers die nog beroepsactief zijn, hebben nood aan een aanvulling van hun inzet door formele diensten. Tijdskrediet voor zorg moet het voorwerp van een breed maatschappelijk debat worden.

  • Wat respijtzorg betreft moeten vraag en aanbod beter op elkaar worden afgestemd. Het aanbod moet ook verder ontwikkeld worden.

 

>> Meer informatie over de studie vind je op www.kbs-frb.be en in de brochure ZOOM