gezondheid

De zachte kant van cannabis

Bodytalk

Dr. Marleen Finoulst is hoofdredacteur van Bodytalk en blogt voor Weliswaar over gezondheidskwesties.

Sylvie is altijd een haantje de voorste geweest op de schoolbanken. Ze was er als de kippen bij om te trouwen en kreeg als eerste van onze lichting een kind. Enkele jaren later was ze ook als eerste gescheiden. Het leven ging hard voor haar. Tot ze op 32 jaar ziek werd: multiple sclerose (MS). Niet dat ze iemand was om bij de pakken te blijven zitten, integendeel. Ze bleef gas geven en werken, zo goed en zo kwaad het ging. Haar ongenode gast, zoals ze haar ziekte placht te noemen, haalde haar telkens weer in. Felle pijn en spastische krampen staken met periodes de kop op. We wisten dat ze cannabis rookte om het leed te verzachten en we zagen dat het haar hielp. De aanschaf vormde wel een probleem. Geregeld zakte iemand af naar een coffeeshop in Maastricht om het nodige te kopen en naar België te smokkelen. Dat was zeker geen unicum. Heel wat MS-patiënten hebben jarenlang op clandestiene wijze cannabis gekocht in Nederland om hun ziekte draaglijker te maken. De verzachtende werking van de drug bij deze uitzichtloze ziekte heeft tot een aantal wetsvoorstellen geleid, maar die werden nooit ernstig overwogen.

Tot minister van Volksgezondheid Maggie De Block in november 2014 in de Kamer aankondigde werk te maken van een Koninklijk Besluit dat de verkoop van medicinale cannabis via de apotheken mogelijk zou maken. Dat KB is ondertussen van kracht. Belgische MS-patiënten kunnen op voorschrift medicinale cannabis krijgen via de apotheek. Niet dat apothekers nu wietplanten kweken. De medicinale cannabis wordt verkocht onder de vorm van een mondspray. Per verstuiving van 100 microliter wordt 2,7 mg tetrahydrocannabinol en 2,5 mg cannabidiol toegediend, beide actieve bestanddelen van de wietplant. Deze stoffen passen als sleuteltjes op slotjes (receptoren) in de hersencellen. We maken namelijk een stof aan die qua structuur op cannabis gelijkt, zogenaamde endocannabinoïden, en die een invloed heeft op pijn en spasticiteit. Cannabis werkt via dezelfde weg op dezelfde receptoren. Vermoedelijk hebben nog andere patiëntengroepen baat bij medicinale cannabis, waaronder hiv- en kankerpatiënten, maar zij krijgen voorlopig geen voorschrift. De overheid is bijzonder voorzichtig, te meer omdat het gebruik risico’s met zich meebrengt, waaronder vermoeidheid, duizeligheid, angst, paniek en mogelijk ook psychose. Daarom zal cannabis nooit een prominente plaats innemen in het geneesmiddelenrepertorium. Het blijft een extra, naast bestaande therapieën, maar die extra maakt voor mensen als Sylvie een wereld van verschil.